“O it is pleasant, with a heart at ease, Just after sunset, or by moonlight skies, To make the shifting clouds be what you please.”
Samuel Taylor Coleridge
Altijd al hield ik van wolken.
Onbegrijpelijk dat sommigen er niet naar kijken.
Ik zie draken, rennende hondjes, een haan, een grote vis.
Ooit op vakantie in oost-Duitsland hoorde ik een klein jochie roepen ;'Schau doch, ein tolles wolke'! Ik snapte hem.
Maar ook het weer kun je voorspellen als je je er wat in verdiept.
En ook zo fijn. Tussen de wolken vliegen vogels!
Zwierende gierzwaluwen, statige buizerds in de zomer.
Gakkende ganzen in het najaar en als ik geluk heb een schreeuwend steenuiltje in de nacht.
Toen mijn moeder overleed vond ik het fijn om haar in de wolken bedenken.
Iets anders kon ik nog niet aan.
Terwijl ik niet in een hemel geloofde was hij er ineens wel.
Natuurlijk, voor haar wel.
Ik zag haar zo zitten.
Op het randje, daar waar de zon altijd net overheen piept.
Als op een vrolijke zomerdag zat ze daar met haar broer Jan naast haar. In een grote tuin overdadig vol met bloemen. Veel te wild.
En egels en kikkers.
Ze aten petit-fourtjes en ze schreef kaartjes met 'Het is hier heerlijk! Liefs, Aafje'
Maar haar kaartje kwam nooit aan en egels zijn ook te zwaar voor wolken.
Inmiddels denk ik dat ze gewoon in haar graf ligt.
En ook dat is 'goed'.