Met mijn moeder ben ik naar Assen geweest. Haar geboorteplaats en tevens de plaats waar haar ouders en mijn oma en opa hebben gewoond en zijn begraven. Mijn moeder had verse krentenbollen en een flesje spa-groen (dat dronk ik toen ik 17 was) meegenomen voor onderweg, bij Zwolle waren de krentenbollen al op!
Mijn opa is aan het einde van de oorlog (samen met zijn 2 jongste zoons) gefusilleerd omdat ze een Engelse marconist verborgen hielden in hun huis aan de Parallelweg, hem heb ik nooit gekend, maar hij was altijd aanwezig. Door zijn vage zwart/wit foto die zowel bij mijn oma als bij mijn moeder aan de muur hing. En de bijbehorende verhalen, een trotse sterke knappe man. Mijn oma, altijd droef gebleven en in enkele nachten grijs geworden na de oorlog, overleed toen ik 12 was. Ik logeerde zo nu en dan bij haar, samen met mama en af en toe logeerde zij bij ons aan de Fazantlaan. Ik herinner me weinig, ja, dat ik haar lange grijze haar, wat ze altijd in een statige knot droeg mocht borstelen met Berken-haarwater. Dat ze in haar tas altijd een flesje "4711" eau de Cologne had voor de frissigheid. En dat ze als we gingen wandelen op elke hoek even stil moest staan omdat ze hartklachten had. En dat ze een harde donkergroene bank had en een roodbeige transistorradiootje. En een harig kleedje voor het bed, waarop ik knielde voor het avondgebedje. Statig en lief was ze, een echte oma.
En nu liggen ze daar , oma en opa naast elkaar met aan beide kanten een zoon, treurig maar ook mooi...