Sommige mensen zijn gek op autorijden.
Ik niet.
Ik vind het een knipoog naar de dood.
Haarspeldbochten, overstekende ganzen, gladheid door vorst sneeuw of regen, keilers, padden en spitsmuizen, bumperklevers, linksrijders, snelheidsduivels etc.
Daarbij is verdwalen 'my middlename' .
Al kom je dan vaak op de mooiste plekken.( Kletskoek )
Vakantierijden vind ik ook niks.
Bij strand Horst ben ik het al zat en heb mijn gesmeerde broodjes ook op.
Zelf ben wel ik ook altijd als eerste weg bij het stoplicht.
Waag het niet te denken dat je sneller optrekt dan ik.
Zeker niet als je een jochie in een gassende BMW of Audi bent.
Of een grijzende grijnzende vent in een Volvo X90.
Het liefst zou ik rijden in een mosgroene oude sierlijke Snoek, of een hele oude mosgroene volvo stationwagon of in een mosgroene defender jeep.
Hij moet vooral groen, oud maar wel volledig gereviseerd zijn ;-)
Ooit reden Peter en ik ( geen cent te makken toen) in een oude Citroën visa van Bart en Tiny die eigenlijk naar de sloop moest naar Litouwen.
Hij kon alleen vooruit.
Niet achteruit.
Dat lijkt eenvoudig maar viel in de praktijk best tegen.
Alhoewel ieder daar rondreed in een gare bak.
We leerden toen ook niet voorzichtig over gaten in de weg te rijden, maar gewoon er hard overheen te jagen.
Maar we hebben het gered.
Bij thuiskomst reden we hem naar de sloop en sloeg hij bij de Plantagevijver af en startte nooit meer.
Wel moet ik zeggen dat in ons campertje rijden erg leuk is.
Subiet heb ik een vakantiegevoel.
Je zit lekker hoog en dat is enorm overzichtelijk.
En iedereen lacht je toe en laat je voor.
Beter kan het niet.