vrijdag 28 december 2018
Petit-four
Net voor de kerst liep ik langs Zuidam, de banketbakker.
Mijn moeder kocht standaard altijd 2 doosjes kerstpetit-fourtjes.
Veel te veel.
Ik wilde ze kopen. Om de traditie in ere te houden.
Maar moest zo huilen dat ik dacht dat ik in elkaar zou zakken tussen de kersttulbanden en krakelingen. Ik kon het niet.
En later was ik ook nog boos op Peter, omdat hij ze niet had gekocht. Dat hij dat niet snapte …
Veel is onredelijk.
Haar huis is gisteren opgeleverd. In 3 weken tijd ontmantelt. Met heel veel lieve hulp.
Voor de laatste keer door de kamers gelopen, het kaarsje voor het raam uitgeblazen, nog weer wat bolletjes uit haar tuin gespit en die mooie ronde stenen uit de opaalkust snel bij me gepakt voor op haar graf.
Ik snap het niet. Iedereen verliest zijn moeder.
Maar dat het zo'n pijn doet en zo'n kou om mijn hart geeft.
Op tweede kerstdag bij haar graf, in 'haar' boom een nestkastje opgehangen. De bloemen waren nog mooi.
En voor het eerst met z'n vieren gegeten. Het ging best.
Emma had een mooi idee. Om ons logeerbed om te ruilen voor haar antieke grenen twijfelaar en ma's eettafel als bureautje.
De hele zolder op zijn kop gezet.
Maar mooi en warm dat het is geworden.
En haar kristalletje hangt voor het zolderraam te glimmen.
Ik wil blij-ven opruimen.
Stilzitten is niet te doen. Het liefst begin ik nu aan onze schuur.
Al ben ik nog nooit zo moe geweest in mijn leven.
Maar het is goed zo. Ik heb haar meer dan vaak gezegd dat ik van haar hield en dat ze de liefstebeste moeder was. En vader tegelijk.
We hebben fijne dingen gedaan samen.
Het is mooi geweest.
Ik wil en weet zeker dat ze ergens is waar het fijn en bloemerig is.
De woorden zijn op.
De tranen nog niet.
Het is goed.